Ga naar de inhoud

Boekrecensie: Frank Worrall – Lewis Hamilton

Leestijd: 5 minuten
AuteurFrank Worrall
TitelLewis Hamilton – F1-Kampioen
TaalNederlands (vertaald)
UitgaveSpectrum – 2e druk, juli 2019

🏁🏁🏳️🏳️🏳️


De aanleiding

Ik kreeg deze biografie van Lewis Hamilton ruim een jaar geleden (2022) voor Sinterklaas en heb hem een tijdje op de plank laten liggen, want ik ben een sporadisch lezer. Echter om mijzelf wat ontspannender naar bed te doen gaan heb ik dit boek enkele weken geleden opgepakt en hoofdstuk voor hoofdstuk doorgewerkt.

Het boek is uit 2019 en op de achterkant lees je al dat dit boek tot en met Lewis z’n vijfde wereldtitel gaat, wat hem, op moment van publiceren, de tweede meest succesvolle coureur maakt. En op zich is dat geen probleem, want zijn dominantie in 2019 en 2020 en zijn titanenstrijd met Max Verstappen staan me nog helder voor de geest, dus een feitelijke beschrijving van die periode mis ik niet per se.

Wat ik wel mis is een fatsoenlijke vertaling van autosportboeken uit het Engels. Dit is het tweede vertaalde autosportboek wat ik in korte tijd lees en het (schijnbaar) ontbreken van enige affiniteit en bekendheid met de sport merk je in de gekozen vertalingen. Maar dat is meer een algemeen punt van kritiek en niet specifiek voor dit boek.

De inhoud

Auteur Frank Worrall, naast biograaf ook journalist voor onder andere The Sun en The Sunday Times, begint deze druk met een speciaal voorwoord voor de Nederlandse lezer door een kleine link te leggen tussen de opkomst van Hamilton en Verstappen, die beide op hun manier uniek te noemen zijn. Het voegt mijns inziens niet veel toe aan het boek, maar wellicht voor fans die pas sinds Max Verstappen de Formule 1 wat actiever volgen wel een goede inleiding.

In de eerste zes hoofdstukken begint de biografie voortvarend, met wat achtergrond over de familie Hamilton en hoe de bloedlijn vanuit het Caribische Grenada in Stevenage terecht kwam, Hamilton’s opmars in de karts en lagere klasses, en een broodnodig lesje geschiedenis over McLaren en Ron Dennis. Broodnodig, want hoewel ik behoorlijk bekend ben met de Formule 1 bevatten deze hoofdstukken toch de nodige informatie die ik niet wist, dus de gemiddelde lezer zal dat zeker niet weten.

Hierna beschrijft Worrall in 11 hoofdstukken het seizoen 2007, waarin Lewis zijn Formule 1-debuut maakte en meteen het vuur aan de schenen van tweevoudig wereldkampioen Fernando Alonso wist te leggen. Dit vormt daarmee het zwaartepunt van het boek, want hierna volgt het seizoen 2008 wat in één hoofdstuk wordt afgehandeld. Hetzelfde geldt voor de seizoenen 2009, 2017 en 2018, terwijl de seizoenen 2010-2012 en 2013-2014 de hoofdstukken moeten delen. 2015, het seizoen waarin de rivaliteit tussen Nico Rosberg en Hamilton echt aan de oppervlakte begon te komen kreeg dan weer twee hoofdstukken.

Het oordeel

Als je goed hebt gelezen dan zul je zien dat 2016 niet in de opsomming voorkwam, en dit seizoen wordt dan ook totaal niet behandeld in het boek, op een opmerking over Rosberg’s pensioen na. En dat is ook meteen het grote manco van dit boek: er staat 0 kritische noot in. Uiteraard is het een biografie, dus wordt het lijdend voorwerp op een positieve manier afgeschilderd, maar de hoeveelheid veren die in Hamilton’s achterste worden gestopt is te vergelijken met een willekeurige na 15 mei opgerichte Max Verstappen Formule 1-nieuwssite die over hun idool schrijft.

De tegenwoordig zevenvoudig kampioen is niet altijd van onbesproken gedrag op en naast de baan geweest, maar eigentijds commentaar wordt afgedaan als onzin omdat Lewis nu eenmaal te goed is, of er wordt op een andere manier een spin aangegeven waardoor Hamilton de goedheid zelve lijkt. Een manier van werken vergelijkbaar met die van Sky Sports en Ziggo (jegens Verstappen).

Het tweede manco van dit boek is het behandelen van Lewis’ Formule 1-carrière. Tot aan het debuut in Melbourne is het boek nog een prima beschreven levensloop van Davidson (grootvader), Anthony (vader) en Lewis zelf, met daarbij de bondige geschiedenisles over McLaren en Ron Dennis, maar daarna verwatert het tot een zielloze feitenrelaas onderbroken door wat eigentijdse quotes van journalisten, analytici en jawel, fans online.

Eigentijdse quotes om een bepaalde gebeurtenis te illustreren en te duiden zijn natuurlijk een welkome toevoeging, maar om achtereen volgens de braaksels van Jimmy Scunthorpe uit Westward-Ho! en Laura Long-Wood uit Boreham te moeten lezen terwijl dit niks toevoegt haalt toch wel een flink deel van het plezier uit het boek.

Al met al een leuke poging van (schijnbaar) een van de beste sportbiografen van Groot-Brittannië, maar na zes hoofdstukken raakt het verhaal in een vrije val welke het nooit meer te boven komt. Het zwaartepunt ligt op het (meer dan uitmuntende) eerste seizoen van Lewis Hamilton, maar alle verhalen uit de daaropvolgende seizoenen worden daardoor extreem tekort gedaan, zoals de spannendste ontknoping ooit (?) van een wereldkampioenschap, in 2008.

Mocht je dit boek cadeau krijgen is zou ik het zeker niet direct naar de kringloop brengen, zeker in de eerste zes hoofdstukken maar als je zelf op zoek bent naar een goede sportbiografie zou ik mijn geld lekker op zak houden.

Gepubliceerd inBoekrecensieFormule 1

Wees de eerste om te reageren

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *